Het beoefenen van naastenliefde (‘caritas’) is in de katholieke opvatting naast het vieren van liturgie (‘heiligen’) en het verkondigen van de Blijde Boodschap een van de drie manieren waarop christenen en de kerk dienstbaar zijn aan de wereld en zo willen bijdragen aan het geluk en welzijn van de mensheid. Caritas heeft een specifieke rol in de theologie en spiritualiteit omdat het enerzijds refereert aan de Liefde Gods naar de mensen, anderzijds naar de christelijke liefde tussen mensen onderling. In de loop der geschiedenis is deze laatste vorm, de naastenliefde, op verschillende manieren geconcretiseerd. Sinds het midden van de jaren tachtig van de twintigste eeuw wordt het (protestantse) begrip ‘diaconie’ daarvoor gebruikt. Sinds het pontificaat van Benedictus XVI beleeft het begrip ‘caritas’ echter weer een renaissance.
Lees verder »