Lucepedia

Digitale theologische encyclopedie

Verantwoordelijke redacteur dossier: Petra Stassen
Dossiers » Huishoudelijk medewerker

Huishoudelijk medewerker

Nog niet zo heel lang geleden had elke pastorie wel een of meer 'pastoorsmeiden', dat wil zeggen: dames die de pastorie schoon hielden, de was deden, kookten en in voorkomende gevallen mensen te woord stonden, telefonisch of aan de deur. Zij zorgde(n) voor de pastoor en eventuele kapelaans die op de pastorie woonden en deze zorg maakte deel uit van het honorarium van betrokken priesters. Een priester die werkzaamheden verricht voor de parochie heeft ook nu nog, op grond van de geldende honoreringsregeling, recht op huishoudelijke verzorging. 
Een huishoudelijk medewerker kan in de pastorie wonen, steeds vaker is dit niet meer het geval. Zij is in elk geval niet meer in dienst van de pastoor, maar heeft een arbeidsovereenkomst naar Nederlands recht met het bestuur van de parochie, die haar  formele werkgever is. De salariëring en andere arbeidsvoorwaarden van huishoudelijk medewerkers worden in landelijk overleg door de bisdommen vastgesteld en jaarlijks gepubliceerd.
 
Formaliteiten
 
Bij het in dienst nemen van mensen wordt een arbeidsovereenkomst afgesloten. Een schriftelijke arbeidsovereenkomst is niet noodzakelijk voor het aannemen van een dienstverband. Omdat het ontbreken van een schriftelijke arbeidsovereenkomst in de praktijk allerlei problemen op kan leveren is het beter om deze wel te sluiten. In verband met de loonadministratie dient een aantal gegevens van de medewerker gevraagd te worden. Het betreft: naam en voorletters, geboortedatum, het burgerservicenummer (BSN) of sofinummer, adres, postcode en woonplaats. Iedereen in Nederland die 14 jaar of ouder is dient een geldig identiteitsbewijs bij zich te dragen. Werkgevers hebben een aantal verplichtingen bij het aanstellen van medewerkers. Zij moeten de identiteit van een medewerker verifiëren bij indiensttreding. Dit kan door een geldig, origineel identiteitsbewijs (paspoort of identiteitskaart, geen rijbewijs). Dezelfde verplichting geldt voor uitzendkrachten of personeel van een onderaannemer (bijvoorbeeld personeel voor catering, schoonmaak of beveiliging). Een kopie van het identiteitsbewijs wordt bij de loonadministratie bewaard. Daarnaast moet de aard van het identificatiebewijs en het nummer apart geregistreerd worden. Niet voldoen aan deze bewaarplicht is strafbaar. De geldigheidsdatum van het bij de loonadministratie bewaarde identiteitsbewijs mag verlopen zijn. De kopie van het identiteitsbewijs moet tot tenminste vijf jaar na het einde van het dienstverband bewaard blijven.
 
Inwonend
 
Voor de inwonende huishoudelijk medewerker wordt, naast de arbeidsovereenkomst, tussen het bestuur van de parochie en de medewerker een zogenaamde pensionovereenkomst gesloten. Deze houdt in dat de medewerker van de parochie kost en inwoning ontvangt, waarvoor zij maandelijks een bepaald bedrag betaalt.
Omdat de huishoudelijk medewerker in de persoonlijke levenssfeer van de priester werkt, en daar dus soms zelfs woont, geldt in de arbeidsovereenkomst een bijzondere opzeggingsgrond, namelijk dat deze eindigt op het moment dat de priester geen werkzaamheden meer voor de parochie verricht. Dit kan zich voordoen omdat de priester een functie elders aanvaardt, doordat hij met emeritaat gaat of door overlijden.
 
Einde dienstverband
 
Als de pastoor naar een andere parochie vertrekt, verhuist de huishoudelijk medewerker soms mee. In dat geval dient er een nieuwe arbeidsovereenkomst gesloten te worden tussen het bestuur van de parochie en de huishoudelijk medewerker. Het kan ook zijn dat de huishoudelijk medewerker met de pastoor mee verhuist als deze met emeritaat gaat, en een zelfstandige woonruimte betrekt. In dat geval is de huishoudelijk medewerker niet meer in dienst van een parochie. Fiscaal en in verband met de AOW is dan sprake van een gezamenlijke huishouding. In die situatie ontvangen betrokkenen bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd niet ieder een alleenstaanden AOW (70%) maar ieder 50%.